Bij het eindigen van een arbeidsovereenkomst op initiatief van de werkgever heeft de werknemer recht op een transitievergoeding. Dat is niet het geval als het eindigen van de arbeidsovereenkomst het gevolg is van ernstig verwijtbaar handelen of nalaten van de werknemer. De kantonrechter kan in die situatie de transitievergoeding geheel of gedeeltelijk aan de werknemer toekennen als het niet toekennen ervan naar maatstaven van redelijkheid en billijkheid onaanvaardbaar is.
In het geval van een ontslag op staande voet van een ambtenaar wegens diefstal van een gebruikt fietszadel uit een opslag van de gemeente heeft de kantonrechter de uitzondering op de regel ten aanzien van de transitievergoeding toegepast. De ambtenaar had zich niet eerder aan integriteitsschendingen schuldig gemaakt. De waarde van het door hem ontvreemde fietszadel was gering. De kantonrechter heeft de helft van de normaal verschuldigde transitievergoeding toegekend, verhoogd met de wettelijke rente over dit bedrag.